Domus Naturalis blog
Bordeaux !
Bordeaux !
In mei kregen we de kans Bordeaux te bezoeken. We maken graag een stedentrip en Bordeaux is niet alleen een prachtige stad maar de omgeving is natuurlijk erg aantrekkelijk voor wijnliefhebbers. We bezochten ook kort een klant die een wijnrek van Domus Naturalis heeft aangekocht.
De binnenstad is mooi: prachtige gebouwen en veel monumenten (de binnenstad staat op de werelderfgoedlijst van UNESCO). Het autovrije gebied omvat een groot deel van het oude centrum. Er zijn mooie winkels (waaronder menig wijnwinkel) en gezellige terrasjes in de knusse straten en op romantische pleintjes.
Een leuke ervaring is wijnbar “Aux Quatre Coins de Vin” aan de Rue de la Devise nr 8. Daar zijn altijd 32 wijnen open die je via een automaat per kwart, half of vol glas tapt en afrekent. Het zijn werkelijk prachtige wijnen - en niet alleen uit de Bordeaux. De prijs per vol glas varieert tussen de 6 en 24 euro. Zo kun je eerst een kwartglaasje proberen en als die in de smaak valt daarna het glas nog eens vol schenken.
In een gehuurde FIAT 500 sturen we 2 dagen door de appellations: via Graves naar Sauternes en via Entre-Deux-Mers naar Saint-Ėmilion. In tegenstelling tot de meeste wijndorpen is Saint-Ėmilion een aantrekkelijk dorp: het ligt op een berghelling, er zijn steile en nauwe straatjes en er is een oude overdekte marktplaats. Wijnwinkels (sommige van een specifiek château) en fijne terrasjes ontbreken niet. Het is geen straf hier een paar uurtjes te vertoeven.
Vlakbij Saint-Ėmilion liggen de beroemde appellations Pomerol en Lalande-de-Pomerol. Deze dorpjes stellen niet veel voor: een kerkje, een hôtel de ville, een paar huizen en enkele châteaus. Naar winkels of cafeetjes kun je lang zoeken. Tot in de wijde omgeving is het echter bezaaid met châteaus: prachtige statige gebouwen uit gele zandsteen te midden van hun wijngaarden. De meeste zijn te bezoeken; sommige op afspraak, bij andere kun je onaangekondigd binnenlopen. Het is pas mei en op de châteaus is er weinig activiteit te zien: een enkele tractor in het veld en hier en daar worden door arbeiders de net ontloken nieuwe scheuten langs draden geleid.
Een tocht door de Medoc mag niet ontbreken. De Medoc is ca 80 km lang en de rit voert door appellations als Margaux, Saint-Julien, Pauillac en Saint-Ėstephe. Hoe beroemder de appellation hoe meer het land met wijnstokken is beplant.
We hebben een gidsje mee (“Destination Vignobles en Medoc 2016” dat op vele plaatsen in Bordeaux gratis beschikbaar is) met uitleg over het gebied en de classificatie van de wijnen. Alle châteaus worden genoemd en aangegeven of ze te bezoeken zijn. We kiezen voor Château Tour des Termes in Saint-Ėstephe. De aardige mensen op kantoor spreken met ons een blend van Frans en Engels en een vriendelijke mevrouw laat ons de productieruimten en de kelders met barriques zien. We gaan graag in op haar aanbod de wijnen te proeven en kopen een aantal flessen heerlijke Cru Bourgeois 2013. Die zijn al op dronk maar kunnen met gemak nog een flink aantal jaren liggen. Dit bezoek is erg leuk en zullen we ons met plezier blijven herinneren.
Hopelijk kopen meer klanten uit dit interessante wijngebied een wijnrek van Domus Naturalis zodat we een extra reden hebben om er terug te keren!
Wijnbouw in Belgie
Wijnbouw in België
Oudheid
Vermoedelijk kwam met de Romeinen ook de wijnbouw naar de Lage Landen. Over de wijnbouw in deze periode is zeer weinig bekend.
Middeleeuwen
Vanaf de 13e eeuw is er meer bekend. Tijdens het middeleeuws klimaatoptimum floreert de wijnbouw. Er wordt dan volop wijn verbouwd in wat nu België is. Onder meer kloosters bezitten wijngaarden, maar ook veel kasteelheren hebben hun eigen wijn.
Kleine ijstijd
In de 17e eeuw was er sprake van een afkoeling van het klimaat. Gedurende deze periode, die vaak als kleine ijstijd wordt aangeduid, verdween een groot deel van, maar zeker niet de hele wijnbouw.
18e en 19e eeuw
In de 18e eeuw, toen het weer wat warmer was, kende de wijnbouw een opleving, om in het begin van de 19e eeuw volledig te verdwijnen. De teloorgang van Belgische wijnen is volgens sommigen te wijten aan Napoleon Bonaparte die bevel gaf om alle wijnstokken te vernietigen. De werkelijke oorzaak was echter de uitbarsting van de vulkaan Tambora in 1815.
20e eeuw
Pas sinds de jaren zestig van de 20e eeuw wordt er opnieuw wijn verbouwd in België. De belangrijkste productiegebieden zijn het Hageland, de Haspengouw, het Heuvelland en de streek Tussen-Samber-en-Maas. Geteelde druiven in België zijn onder andere Müller-Thurgau, Kerner, Pinot gris, Chardonnay, Pinot noir, Pinot blanc, Riesling en Auxerrois blanc. Er zijn een tiental (semi-)professionele wijnbouwers in België.
In België kent men de wijnclassificatie V.Q.P.R.D., Vin de Qualité Produit dans une Région Déterminée. Deze verdeelt de Belgische wijnbouwgebieden in kwaliteitsgebieden volgens de Europese regels in gebieden met een Beschermde Geografische Aanduiding (BGA) en een Gecontroleerde OorspongsBenaming (GOB). Dit heeft eenzelfde doel als het Franse Appellation d'Origine Contrôlée (AOC).
(bron: wikipedia)
De Merlot druif
De Merlot druif
Merlot is een blauwe wijndruif die over de hele wereld in wijnen wordt gebruikt. Deze soort komt uit de Franse Bordeaux-streek, onder andere in de Médoc, waar Cabernet Sauvignon domineert, maar ook in Pomerol en Saint-Émilion. Merlot heeft grotere druiven dan Cabernet Sauvignon en heeft een dunnere schil. Men denk t dat de naam Merlot genoemd is naar de merel.
Merlot wijnen zijn door geur en smaak te herkennen aan rode vruchten zoals: kersen, bessen en pruimen. De wijnen van de Merlot zijn over het algemeen sappiger en soepeler dan die van de Cabernet Sauvignon en het tanninegehalte is veel lager. Daardoor zijn ze over het algemeen makkelijker en jonger te drinken. Merlot wijnen hebben veel smaak.
Deze druivensoort wordt soms toegepast in rosé wijnen zoals in de Côtes de Gascogne.
In Californië worden grote hoeveelheden Merlot druiven geoogst en tot wijn verwerkt. Hier ontdekte men dat Merlot niet alleen in cuvé wijnen ( wijn uit een mengsel van druivensoorten) maar ook op zichzelf een aangename wijn kan zijn. Deze ontdekking leidde in de jaren zeventig tot het commerciële succes van Merlot wijnen.
Merlotwijn komen ook uit landen als (vooral in het noordoosten), Zuid-Afrika, Nieuw-Zeeland, Australië - waar het Merlot-areaal het laatste decenium enorm is uitgebreid - en Zuid-Amerika, vooral in Chili.
(Bron: Wikipedia)
De kosten van een fles wijn
De kosten van een fles wijn
Wat kost dat nu eigenlijk, om een fles wijn te maken en naar Nederland te importeren?
Voor Italiaanse wijnen ziet de kostenopbouw er zo uit:
de fles € 0.15
de kurk € 0.15
de capsule € 0.05
het etiket € 0.10
Verder heb je een doos nodig, voor twaalf flessen komt dat per fles neer op zo'n € 0.15.
De verpakkingsmaterialen komen dus op circa € 0.60
Tel daarbij op: belasting, personeel, aanschaf en afschrijving van bottelapparatuur en allerlei andere kostenposten, dan kom je in totaal op zo'n € 2.25 per fles.
Natuurlijk kunnen grote wijnfabrikanten een wijnboeren die via een coöperatie werken wat minder kwijt. Misschien tot wel 30 %.
Daarnaast betaalt de importeur een halve euro per fles om een enkele pallet (600 flessen) van bijvoorbeeld Zuid-Italië naar Nederland te krijgen, € 0.45 accijns per fles en tenslotte nog b.t.w.
De importeur is nu in totaal € 3.87 kwijt voor de fles, maar wijn en winst zitten er nog niet in !
Voor de goedkoopste fles, het knulligste kurkje, een capsule, het allersimpelste etiket en een breekgraag kartonnen doosje is hij zo'n € 0.60 per fles kwijt. Vervoer - een hele vrachtwagen vol - kost een kleine € 0.08 per fles.
Met accijns en b.t.w. komt het totaalbedrag op € 1,36.
Ook hier : wijn zit er nog niet in, en de importeur, eventueel tussenhandel, de wijnwinkel met zijn huur en personeel hebben nog geen cent verdiend.
(bron: http://www.eleveldsteenwijk.nl)
Wat is kurk?
Wat is kurk?
Wijn is een levend product en daarmee onderhevig aan problemen en fouten. Het bekendst en beruchtst daarvan is 'kurk'. Kurksmaak kan zowel in een goedkope als in een dure fles voorkomen.
Het verschijnsel kurk maakt een wijn ondrinkbaar, maar het is niet altijd de kurk zelf die daaraan schuldig is, al heeft men dat wel lange tijd gedacht. Ook kan de mate waarin een wijn is aangetast variëren. Echte kurksmaak is echter onmiskenbaar: de wijn ruikt muf en chemisch, naar nat karton, en in de mond geeft hij een onaangenaam bittere nasmaak.
Kurksmaak, in wetenschappelijk jargon trichlooranisol of TCA genoemd, is het gevolg van een chemische verbinding tussen een schimmel die voorkomt in de kurkbast of op de plek waar de wijn wordt gemaakt, en de wijn in de fles. Een wijn kan zodoende al in een vroeg stadium kurk oplopen; met ouderdom heeft het niets te maken. Kurken moeten daarom met uiterste zorg gereinigd worden. Eerst direct na de oogst, dan na de droging en vervolgens nog een keer voor ze op de fles gaan.
Onderzoek heeft uitgewezen dat de kurkschimmel zich ook in allerlei vormen van hout kan ophouden, met name in niet goed schoon gehouden oudere vaten of in geïmpregneerd hout. Zowel bij kurkproducerende bedrijven als wijnbedrijven heeft dit geleid tot een verscherping van de hygiënische eisen. En tot de opkomst van alternatieve afsluitingen als synthetische kurken, schroefdop (Stelvin) en glazen stop (VinoLok).
Doe bij een verdachte wijn de kurk onmiddellijk weer op de fles en ga er mee terug naar de leverancier. Die is meestal wel bereid een nieuwe fles te geven, mits de probleemfles niet al half leeggedronken is. Voor wijn in het restaurant geldt precies hetzelfde. Gebruik een verdachte wijn nooit voor de saus. Ook daarin zal de kurksmaak te proeven zijn!
Enige voorzichtigheid is wel geboden, wanneer er een verdenking van kurk bestaat. Wijnen met veel tannines, met reductie (gebrek aan zuurstof) of met een uitgesproken mineraal karakter kunnen een indruk van kurk geven zonder dat daar werkelijk aanleiding toe is. Goed beluchten, in het glas of in een karaf, zorgt voor meer duidelijkheid. Door het contact met lucht verdwijnen bepaalde storende geurtjes, maar kurk niet. In tegendeel zelfs.
Wijndrinkers zijn soms zelf de veroorzakers van problemen in hun wijn. Wie een aangebroken fles afsluit met de originele kurk en die kurk met de bovenkant naar beneden in de hals stopt, loopt een risico. Op de bovenkant van de kurk zie je immers nogal eens schimmels of andere viezigheid. Vermijd dat die in contact komen met de wijn.
(bron: www.wijninfo.nl)
Kurk versus schroefdop
Kurk versus schroefdop
Een paar interessante getallen over de kurkproblematiek.
Wereldwijd wordt jaarlijks 22,5 miljard liter wijn geconsumeerd. Hiervan komt 13,8 miljard liter in flessen. Dat houdt in dat er jaarlijks 18 miljard flessen gevuld worden, waarvan 41% met natuurkurk.
Een natuurkurk heeft ongeveer 800 miljoen poriën.
Er zijn wereldwijd ongeveer 2.2 miljoen hectare kurkbos (33% in Portugal en 23% in Spanje).
De jaarlijkse productie is ongeveer 340.000 ton.
Kurk wordt gewonnen uit de schors van de kurkeik (Quercus suber L.) in landen rond de Middellandse Zee. De bomen leven ongeveer 200 jaar. Wanneer de kurkeik ongeveer 25 jaar oud is word de schors geschild en verwerkt tot producten van kurk. De eerste 2 oogsten leveren een mindere kwaliteit. Na het schillen duurt het 9 jaar voor de schors zo dik is, dat er weer kurk van kan worden geoogst.
Schroefdop populair
Steeds meer wijnen worden afgesloten met een schroefdop in plaats van een kurk. In de toekomst zal het gebruik van de schroefdop steeds meer toenemen. Zowel bij eenvoudige als bij exclusieve wijnen. Hoewel het gevoelsmatig even wennen zal zijn, zijn er veel redenen waarom een schroefdop de voorkeur verdient boven de natuurkurk.
Ten eerste wordt de natuurkurk steeds schaarser.
De tweede en misschien wel belangrijkste reden is dat de wijn die met een kurk wordt afgesloten, altijd onderhevig is aan de inwerking van zuurstof en kans loopt op bacteriële infecties. Dit heeft te maken met het feit dat kurken uit materiaal bestaat wat na verloop van tijd vergaat. Omdat het een natuurproduct is dat zuurstof doorlaat, zal er altijd een mate van onvoorspelbaarheid zijn met betrekking tot de conditie van de wijn. Goed om te weten is dat er voor de ontwikkeling van de wijn geen zuurstof nodig is.
Bij gebruik van schroefdoppen worden de risico's tot een minimum teruggebracht. Door de schroefdop gelden voor alle flessen dezelfde condities. Zeker witte wijnen bleken zeer gebaat bij deze nieuwe vorm van afsluiting. Ook rode wijnen hebben voordeel bij een schroefdop, omdat deze het risico van kurkinfectie uitsluit.
Betrouwbaar
De schroefdop heeft behalve de grote betrouwbaarheid van de kwaliteit van de wijn ook nog het praktische voordeel dat het openen en sluiten van de fles in een handomdraai gebeurt.
Verder hoeft de wijn niet meer liggend te worden bewaard, wat ook zijn voordelen kan hebben. Tegenwoordig kunnen kwalitatief goede wijnen met schroefdop al tot 10 jaar bewaard worden. De verwachting is dat in de komende jaren de natuurkurk helemaal zal verdwijnen.
(bron: www.paulvetter.com)
Wijn bewaren of niet?
Wijn bewaren of niet?
Heeft het zin om wijn te bewaren? En om oogstjaren uit het hoofd te leren? Niet echt; slechts een paar wijnen gaan er op vooruit door ze wat tijd te gunnen. De meeste worden door ze te bewaren wel ouder, maar daarom nog niet beter of lekkerder. Ongeveer 9 op de 10 wijnen komen drinkrijp op de markt en zijn bestemd om binnen een à twee jaar gedronken te worden. De prijs vormt meestal al voldoende indicatie. Het antwoord is dus: Nee, tenzij...
Oogstjaren
Door de enorme technische vooruitgang in wijnbouw en vinificatie (wijnbereiding) zijn oogstjaren een stuk minder belangrijk geworden dan vroeger. Er valt tegenwoordig zo veel aan een wijn te corrigeren, dat dramatisch slechte jaren voltooid verleden tijd zijn. Onderlinge verschillen tussen jaren zijn daarmee niet verdwenen, maar je hoeft je er als consument geen al te grote zorgen over te maken.
Moet je het belang van oogstjaren niet overschatten, je moet het ook weer niet onderschatten. Het is bijvoorbeeld een misvatting om te denken dat de klimaatomstandigheden in Nieuwe Wereldlanden ieder jaar identiek zouden zijn, met altijd zon en nooit vorst of neerslag op verkeerde momenten. Ze krijgen daar gemiddeld wel meer zon dan in grote delen van Europa, maar net zo goed hebben ze er te maken met (te) koele lentes of (te) grote droogte.
Wat de omstandigheden ook geweest zijn en wat oogstjarentabellen ook mogen suggereren, het is uiteindelijk altijd de individuele producent die tekent voor de klasse of het gebrek aan klasse van een wijn. Goede producenten herken je aan wat ze in 'mindere' jaren laten zien.
Zuurstof
Wat gebeurt er nu eigenlijk bij het bewaren van een wijn? Een sleutelrol bij het ouderen van wijn speelt de inwerking van zuurstof. Als je een wijn maar lang genoeg aan zuurstof blootstelt, leidt dat tot de afbraak ervan. Wil je een eenmaal gerede, gebottelde wijn bewaren, dan moet je de invloed van die zuurstof tot een minimum beperken. Doe je dat niet, dan zal de wijn snel oxideren. De bedoeling is juist dat die oxidatie heel langzaam verloopt.
Maar ook zonder inwerking van zuurstof - bijvoorbeeld wanneer een fles is afgesloten met een schroefdop - zal een wijn zich toch ontwikkelen, zij het veel langzamer dan een wijn die met een kurk is afgesloten.
Aangezien de kurk in de hals van een horizontaal gelagerde fles door het contact met de wijn nat blijft en dus niet indroogt, verloopt de inwerking van de zuurstof slechts langzaam en heel geleidelijk. Hoe groter het formaat van de fles, des te geringer het effect van de zuurstof op de wijn. Wijn op grote formaten rijpt daarom langzamer en beter dan wijn in standaardflessen.
Een fles wijn die eenmaal ontkurkt is en waar een deel van is uitgeschonken, loopt in kwaliteit terug door diezelfde inwerking van de zuurstof. Hoe snel dat gebeurt, hangt af van de kracht van de wijn. Sluit een aangebroken fles in ieder geval af om dit proces enigszins te vertragen en bewaar witte en rosé in de koelkast.
(bron: www.wijninfo.nl)
Waar koop ik bewaarwijnen?
Waar koop ik bewaarwijnen?
Bewaar- of oplegwijnen koop je bij voorkeur bij bedrijven waar proeverijen worden georganiseerd, zodat je kunt proeven voor je gaat kopen. Voor proeverijen kun je je opgeven en deze zijn meestal kosteloos of voor een niet te groot bedrag te bezoeken. Je leert het meeste door wijn te proeven, erover te praten en advies te vragen. Proeverijen zijn niet eng en je hóéft niets te zeggen, je kunt bijvoorbeeld eerst alleen maar luisteren en voor jezelf wat opschrijven. Niemand kijkt op van een stille proever. Bovendien: andermans mening is ook relatief.
Denk nooit dat je niet kunt proeven omdat je het nog nooit hebt gedaan. Als je aandacht en concentratie kunt opbrengen en er plezier in hebt, ontwikkel je snel genoeg je eigen smaak. Een beetje lezen over wijn kan geen kwaad. Er zijn verschillende goede wijntijdschriften in Nederland, met goede informatie over wijn wereldwijd en aparte katernen met proefnotities.